maandag 29 juni 2015

Oh Oh de Haag

Oh oh De Haag mooie stad agtah de Duine Onze stad doet de laatste jaren wanhopig pogingen om zich te profileren met grootse evenementen concerten en city marketing. Den haag snakt naar een aantrekkelijk imago. Klassieke muziek Festivals, mooie buurtfeesten, internationale zeilwedstrijden. Vermeer in het beroemde Mauritshuis. Corbijn in het GEM. Maar wie van U kent het Haags Historisch museum? Een klein trapje aan de hofvijver Korte Vijverberg nr 7. Daar ligt een een schat aan historische kunstwerken, geschiedenis en verhalen. Daar vind je antwoorden; de oorsprong van de naam Den Haag, de invloed van de Oranjes, de Haagse chique, en schitterende schilderijen van de eerste huizen en inwoners van Den Haag. Bron www,haagshistorischmuseum.nl Hierbij de historie van onze Haagse ooievaar: de Ooievaar staat bekend als een gelukbrengende vogel; het Nederduitse woord 'odevare' betekent zelfs geluksbrenger. Vanouds komt deze trekvogel in onze streek voor en in een grafelijke rekening uit 1352 staat een bedrag vermeld voor het maken van ooievaarsnesten bij het grafelijk kasteel op het Binnenhof. In de stadsrekening van 1586 vinden we een post van twee pond en dertien schellingen betaald aan de viskoper Jan Gerritz. voor 3500 alen 'to behoof (ten behoeve) van de oyevaers'. Uit diezelfde rekening blijkt dat er ook een speciale oppasser, Seeger Gillisz was. Nog in 1798 bevatte de stadsrekening een post: de somme van tien guldens voor ses maanden vis en stroo voor de oyevaers'. Tot het begin van de twintigste eeuw is de traditie gehandhaafd en vond men een paar ooie­vaars op de Haagse vismarkt, die door een gemeentelijke 'oppasseres' werden verzorgd. De reden van de verering en opneming van de ooievaar in het wapen is niet bekend. Waarschijnlijk heeft Den Haag meegedaan met een traditie die in de Middeleeuwen bij steden bestond om een mascotte te hebben (Utrecht had bijvoor­beeld een beer) en de geluk brengen­de ooievaar, die hier nestelde, gekozen als symbool. Bij de pogingen van Den Haag in de 16de en 17de eeuw zich beter te profileren, met name in zijn strijd voor eigen stadsrecht, is op de ze­gels bij het kasteel met de 3 torens (het symbool van de graaf) de ooievaar gezet. Onlangs vroeg een familielid mij waar de ooievaar gebleven was rond 1940. Ik gok dat deze de oorlogswinter niet overleefd hebben en waarschijnlijk en welkom hapje voor de uitgehongerde Hagenaars. Terwijl ik nadenk over dit stukje rijd ik Den Haag uit via wassenaar,en zie tot mijn verbazing boven op twee lantarenpalen twee statige witte vogels alsof ze nooit zijn weg geweest. Ze kijken mij deftig en hooghartig aan. Ik stop even langs de kant van de weg en vraag mij af: Stel dat je zou kunnen kijken door de ogen van deze bijzondere dieren, wat zouden zij al die eeuwen hebben gezien vanaf een hoog nest op het binnenhof.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten